VZH examenreglement
Verkeers-Zekere-Hond (VZH/BH)
1. Toegelaten zijn honden van alle rassen en grootte.
2. De minimale leeftijd voor examen is 12 maanden.
3. De hond dient in het bezit te zijn van een (ras)honden logboek
4. De hond dient volgens de regels te zijn ingeënt en de geleider dient een WA verzekering te hebben.
Algemeen:
Als 1e komt de onbevangenheid test (dit is verplicht bij elk examen) Hierbij moet de hond aan een doorhangende lijn zonder commando's of beïnvloeding van de geleider, door een groepje mensen gaan. Meestal wordt dan ook de chip-controle uitgevoerd. De hond moet zich "vrij" gedragen en mag aan mensen snuffelen. Honden die angstig of bijterig zijn mogen niet deelnemen aan het examen.
Onderdeel A. Gehoorzaamheid.
Je komt met de aangelijnde hond op het veld en meldt je aan bij de keurmeester met de hond in de basispositie. Aanmelden: Bijvoorbeeld "Jan Pieterse, met hond Bello, meldt zich voor VZH oefening A" Na het aanmelden wijst de keurmeester aan of je eerst gaat "AF"-leggen of eerst gaat lopen.
1. aangelijnd volgen. 15pnt
Vanuit de aangewezen startplaats, moet de geleider met zijn aangelijnde hond een loopschema zie afb. afwerken, waarin het volgen in normale pas, looppas en langzame pas, afwisselend getoond moeten worden. Tevens moeten hond en geleider door een groep van vier personen volgen. Als de geleider halt houdt, moet de hond snel en zonder commando of inwerking van de geleider gaan zitten.
2. Los volgen 15pnt.
Als boven beschreven echter nu zonder lijn ( de lijn moet of in de zak van de geleider zijn of schuin over het lichaam (van links boven naar rechts onder) gedragen worden. Bij het los volgen hoeven allen het opvolgen (gewone pas 50-60 passen; de keertwending en dan 10 -15 gewone pas; daarna 10-15 in looppas; daarna 10-15 langzame pas om vervolgens met gewone pas te volgen naar de startplaats.
3. Zit-oefening. (2 keuzes) 10pnt.
Vanuit de aangegeven startplaats, moet de geleider met zijn los volgende hond tenminste 10, maar niet meer dan 15 passen in een sportieve pas recht vooruit lopen. Binnen 10-15 passen houdt de geleider halt, en moet de hond snel en zonder commando of inwerking naast de geleider de basispositie gaan zitten. Wanneer de hond zit, wacht de geleider 3 seconden en geeft het commando "zit" De hond moet blijven zitten en de geleider loopt minimaal 15 passen van de hond weg, om zich dan onmiddellijk om te keren naar de hond en te blijven staan richting hond. Na 3 seconden begeeft de geleider zich naar de hond en neemt zonder commando of inwerking de startpositie in.
Deze oefening mag ook worden uitgevoerd van uit beweging dus zonder halt houden. (keuze van de geleider)
4. Af-oefening. ( 2 Keuzes) 10pnt.
Vanuit de aangegeven startplaats, moet de geleider met zijn los volgende hond tenminste 10, maar niet meer dan 15 passen in een sportieve pas recht vooruit lopen. Binnen 10-15 passen houdt de geleider halt, en moet de hond snel en zonder commando of inwerking naast de geleider in de basispositie gaan zitten. Na 3 seconden geeft de geleider een enkel commando "AF" de geleider moet snel en onmiddellijk naast de geleider af gaan liggen. Na 3 seconden verwijdert de geleider zich in sportieve pas tenminste 30 passen van de hond weg, om zich dan onmiddellijk om te keren naar de hond en te blijven staan richting hond. Na tenminste 3 seconden of op teken van de keurmeester geeft de geleider een enkel commando "hier" waarop de hond onmiddellijk en zo snel mogelijk naar de geleider rent om recht en kort voor de geleider te gaan zitten. (de geleider mag zijn plaats niet verlaten en ook niet inwerken) Na 3 seconden geeft de geleider het commando "voet" waarop de hond snel de basispositie moet innemen. De geleider moet de hond aanlijnen om de volgende oefening uit te gaan voeren of zich bij de keurmeester af te melden.
Deze oefening mag ook worden uitgevoerd van uit beweging dus zonder halt houden. (keuze van de geleider)
5. Afliggen met afleiding. 10pnt.
De geleider volgt met zijn aangelijnde hond, naar de aangegeven aflegplaats, Hij neemt daar met de hond ( in de gewenste richting) de basispositie in . Na de 3 seconden-regel of op teken van de keurmeester geeft hij zijn hond een enkele commando "AF" de hond moet snel en onmiddellijk het commando opvolgen. Na even wachten loopt de geleider in een rechte lijn 30 passen (of op teken van de keurmeester) van de hond weg. En blijft daar staan met de rug naar de hond gekeerd. Op teken van de keurmeester ( nadat de andere hond en geleider hun oefeningen hebben afgewerkt) gaat de geleider in een rechte lijn naar zijn hond en gaat, terwijl de hond moet blijven liggen naast de hond staan. Op een enkel commando "ZIT" moet de hond onmiddellijk de basispositie innemen. Daarna begeeft de geleider zich naar de Keurmeester en meldt zich af. (of neemt op de startplaats de basispositie in)
Om te kunnen slagen voor onderdeel A moet je tenminste 42 (70%) van de maximaal 60 punten behaald hebben. Honden welke in het eerste deel, op het terrein geen 42 (70% ) punten behalen, zijn gezakt voor het gehele examen en worden niet toegelaten in onderdeel deel B (verkeer).
Aan het einde van het examen worden geen punten aangegeven, enkel de melding Geslaagd of Afgewezen, en wordt de kwalificatie van de keurmeester bekend gemaakt.
Het examen geldt als geslaagd indien in het eerste deel 70% van de punten werd
behaald en als de keurmeester oordeelt dat de combinatie geslaagd is in het deel verkeer.
Examen in het verkeer
Algemeen:
De hiernavolgende oefeningen vinden plaats buiten het oefenterrein in een geëigende omgeving. De africhtingskeurmeester (AK) bepaalt met de wedstrijdleider (WL) waar en op welke manier de oefeningen in het verkeer (op straten, wegen en plaatsen) zullen verlopen. Het verkeer mag hierbij niet verstoord worden. De uitvoering van het gedeelte in het verkeer mag niet op een oppervlakkige manier gebeuren.
Punten worden voor de afzonderlijke oefeningen in dit deel niet gegeven.
De totale algemene indruk welke de AK over het gedrag van de HD heeft bepaald of hij slaagt of niet. De hiernavolgende omschrijvingen van de oefeningen zijn suggesties en kunnen door de AK worden aangepast. De AK kan indien hij dit noodzakelijk acht een bepaalde oefening laten herhalen of variëren.
Onderdeel B: